Periodieken, bladen en kranten
De Rijksoverheid maakt verschillende soorten bladen, kranten en periodieken. Bijvoorbeeld personeelsbladen en magazines. In dit soort uitgaven mag je meer variëren in typografie en grid. Dat betekent meer creatieve vrijheid en maakt het vormgeven van complexe onderwerpen makkelijker.
Vormgeving bladen
In bladen gebruik je logo 2. In de logoset vind je twee verschillende versies: een logo voor toepassing op coated (gestreken) papier en een logo voor toepassing op uncoated (ongestreken) papier.
Voor de vormgeving van periodieken maak je gebruik van de basiselementen van de rijkshuisstijl.
Typografie
Er zijn InDesign-opmaaksjablonen voor A3-, A4- en A5-formaat. Ze bevatten naast een grid ook een beperkte set alineastijlen. Je kunt de stijlen aanpassen en uitbreiden om het karakter van het blad vorm te geven. Je mag de Rijksoverheid Serif en Sans voor koppen en broodtekst gebruiken.
Maak duidelijke typografische keuzes. Zo ontstaat een heldere lijn, die het karakter van het blad bepaalt. Gebruik niet teveel typografische stijlen door elkaar. De verschillen moeten groot genoeg zijn om zichtbaar te maken dat tekst een bepaalde functie heeft. Een intro verschilt bijvoorbeeld zichtbaar in corpsgrootte of kleur van lopende tekst. Bij grote uitgaves is meer typografische variatie mogelijk. Maar blijf ook hier de stijlen consequent toepassen.
De typografie is bij voorkeur linkslijnend. Centreren en uitvullen of opvullen van tekst is niet toegestaan.
Basisgrid
Alle bladen zijn opgemaakt volgens een basisgrid. Binnen het basisgrid is veel variatie mogelijk. Zowel voor het omslag als voor het binnenwerk. Het basisgrid bestaat uit 12 kolommen en heeft een witmarge van 4 mm. De marge van het logo op de omslag kan als voorbeeld dienen voor de witmarge in het binnenwerk. Maar je hoeft je aan deze witmarge niet te houden.
Het 12-koloms grid biedt ruimte voor verschillende toepassingen. Het is een typografisch grid. Dat wil zeggen dat de basiselementen zoals de koptitel en de broodtekst binnen het grid vallen. Ondersteunende informatie zoals voetnoten, fotografie en extra grafische elementen kun je buiten het grid plaatsen.
Een bepaalde tekstkolomstructuur hoeft je niet in de hele uitgave door te voeren. Je kunt hiermee afwisselen per artikel of per pagina.

Formaten
Voor bladen zijn alle formaten mogelijk. Alleen voor A3, A4 en A5 zijn er templates beschikbaar.
Beeldgebruik in bladen
Gebruik je beeld in een uitgave? Dan heeft fotografie altijd de voorkeur. Beeld ondersteunt, vult inhoudelijk aan en legt uit. Dat vraagt om een heldere uitwerking. Vorm is niet het doel, duidelijke communicatie is dat wel.
-
Fotografie
In het binnenwerk mag je vrijstaande fotografie toepassen. Op omslagen is het niet toegestaan vrijstaande fotografie te gebruiken. -
Illustratie
In het binnenwerk kun je illustraties gebruiken. Maar vermijd onnodige complexiteit in de illustraties. -
Grafieken en tabellen
Grafieken en tabellen zijn altijd ondersteunend aan de inhoud. Bovendien dragen ze bij aan een heldere, gevarieerde en kleurrijke uitgave. Voorkom onnodige complexiteit en stem kleuren af met de rest van de publicatie. -
Toevoeging grafische elementen
De toevoeging van grafische elementen kan bijdragen aan een heldere en gevarieerde uitgave. Kies hierbij altijd voor krachtige, geometrische vormen. En gebruik de volle kleur en geen effecten, zoals dropshadow. Gelaagdheid in typografie en beeld bereik je door kleurcontrasten toe te passen. Grafische elementen zijn altijd functioneel, nooit decoratief. Zorg ook dat ze genoeg contrast hebben met de context of achtergrond (typografie en fotografie).