Cartografie

In cartografie geldt een aantal kleurconventies. Zo is er een vaste kleur voor Nederland, water en gebieden om ons heen. Er zijn ook afspraken over typografie en symbolen.

Ondergrond in kaarten (het land) is wit. Water is lichtblauw en landen buiten Nederland zijn 30% mintgroen. Voor de bebouwing en infrastructuur gebruik je zwarttinten. Gebruik voor verdere invulling van de kaart een beperkte selectie uit de communicatiekleuren van de Rijksoverheid. Zorg daarbij voor voldoende contrast tussen kleuren. Je mag ook kleurverlopen en tinten gebruiken om bijvoorbeeld intenstiteit of overgang weer te geven.

Kaart van Nederland met een tekstkader

De typografie in de kaart en legenda is in lettertype Rijkoverheid Sans Text . Gebruik minimaal corpsgrootte 6. Belangrijke cartografische tekststijlen zijn:

• Plaatsnamen
  In Rijksoverheid Sans Text Regular of Bold. Met onderkast, kapitaal openen, niet gespatieerd, zwart, horizontaal.
• Namen waterwegen of rivieren
  In Rijksoverheid Sans Text Cursief, gespatieerd, de loop van het water volgend. In hemelblauw. De letters mogen diapositief zijn (wit in het water).
• Natuurelementen (zoals eilanden en natuurgebieden)
  In Rijksoverheid Sans Text Bold Cursief. Liefst gespatieerd op 100% en groen.
• Gemeentenamen
  In Rijksoverheid Sans Text Regular. Altijd horizontaal.
• Infrastructuur
  Rode vlakjes met witte tekst voor de A-wegen en gele vlakjes met zwarte tekst voor de N-wegen. Gebruik hiervoor de Rijksoverheid Sans Text. Knooppunten zijn in Rijksoverheid Sans Text Cursief en oranje.

Gebruik de standaard noordpijl en schaalstok. Pas deze toe in zwart of Rijksoverheidsblauw 2. De kaartrichting is Noord-Zuid. Plaats de noordpijl en staartstok links onderin de kaart (als dat kan).

Het is toegestaan om perspectief te gebruiken.

Perspectivistische kaart

Er zijn geen regels voor symbolen in kaarten. Sluizen worden meestal weergegeven met >>. Rijkswegen met een dubbele lijn en spoorwegen met een onderbroken lijn over een iets vettere lijn. Maak ook duidelijk onderscheid tussen verschillende soorten vervoer. Het onderscheid in hoofdwegen en overige wegen geef je aan met verschil in lijndikte van 50%.

Een titelhoek is een kader met alle afzenderinformatie. Dit gebruik je als je de kaart los aanbiedt. In de titelhoek plaats je titels, eventuele toelichting hierop en aanvullende informatie over de kaart (linkslijnend onder het logo). De titelhoek kan in wit, of in een van de communicatiekleuren. Zorg dat er voldoende contrast is met de achtergrond. En stem de hoogte en breedte af op de onderliggende kaart en de hoeveelheid informatie. Bij liggende kaarten plaats je de titelhoek rechtsonder. Bij staande formaten mag de titelhoek ook linksboven.

Er is geen vaste plek voor de legenda. In een opgemaakt document (zoals een brochure) mag je de legenda ook naast de kaart plaatsen.

Er is een basisdocument voor vouwkaarten. Dit is een Illustrator bestand waarmee je een kaart in de rijkshuisstijl maakt die geschikt is voor drukwerk.